• Voor je ligt een korte arrestantengroep handleiding, korte tips tegen tralies. Het eerste deel is vooral bedoeld voor mensen die als arrestantengroep zicht willen houden op mensen die aan een actie, protest of demonstratie gaan deelnemen. Het idee van de arrestantengroep (ook wel AG of arrestogroep genoemd) is om de deelnemers zo goed mogelijk te informeren, mensen te vertellen wat er kan gaan gebeuren en als mensen gearresteerd zijn, te fungeren als een soort coördinatiepunt. Het zal vast chaotisch verlopen, maar ondersteuning van mensen die gevangen zitten is voor mensen die net hebben deelgenomen aan een actie of demonstratie van groot belang. Het tweede deel zijn enkele rechten en plichten die voor iedereen van belang zijn om te weten. Het laatste deel, deel drie, zijn wat voorbeeldbrieven, pamfletten, flyers en formulieren die te gebruiken zijn. Voor informatie: info(@)arrestantengroep.org.

  • Pdf

  • Rechten van arrestanten

    Opgepakt? Dit moet je weten!
    Na arrestatie wordt je gefouilleerd en naar een politiebureau gebracht. Op het bureau volgt er nogmaals een fouillering en worden je persoonlijke bezittingen afgenomen (tabak, sieraden, schoenveters etc.). Dan vragen ze naar je gegevens zoals je naam en je adres. Je hoeft dit niet te geven. De regel is niets ondertekenen. Behalve dan misschien bij je fouillering. Dan onderteken je je fouilleringspullen met je NNnummer of door een
    kruisje te zetten.

    Bij overtredingen kan de politie je 6 uur vasthouden. Bij misdrijven wordt er onderscheid gemaakt tussen lichtere en zwaardere misdrijven, waarbij voor de laatste categorie voorlopige hechtenis is toegelaten. Bij lichtere misdrijven kan de politie je in eerste instante zes, en bij zwaardere misdrijven 9 uur vasthouden, je fouilleren en al je persoonlijke spullen afnemen. Er er zijn misdrijven waarop geen voorlopige hechtenis is toegestaan waarvoor je 6 uur kunt worden vastgehouden. Als je je naam niet noemt, je ID-kaart niet bij je hebt of niet wilt tonen kan de politie je bij verdenking van een overtreding nog 6 uur extra vasthouden voor onderzoek naar je identiteit. Ze zullen je dus bij een overtreding maximaal 6+6 = 12 uur mogen vasthouden. Bij een misdrijf geldt dat de politie na de eerste 9 uur je in verzekering kan stellen, als ze vinden dat hun vooronderzoek nog niet klaar is of als ze je later willen voorgeleiden voor de rechter-commissaris om je in bewaring te stellen (zie verderop in de tekst). Bij verdenking van een misdrijf kan de politie je dus 9 + 3 dagen, 15 uur = 4 dagen vasthouden. Ze zullen je misschien andere dingen vertellen, dus laat je niet intimideren. De tijd gaat tellen vanaf het moment dat je ingeboekt/voorgeleid bent voor de Hulp-officier van Justitie (dit is een politieagent met extra bevoegdheden) op het bureau, dus niet vanaf het moment dat je bent gearresteerd. De H-OvJ moet je ook vertellen waar je van verdacht wordt.

    NB: de tijd tussen 12 uur `s nachts en 9 uur `s ochtend telt niet mee; hierdoor kan er in de praktijk wel 9 uur extra bij komen, wat zou betekenen dat je voor een overtreding maximaal 21 uur vastgehouden kan worden.

    Voorarrest, dus voordat het proces begint, kan maximaal 9 uur plus 3 dagen,15 uur (plus mogelijk nog 3 dagen, 15 uur als de Officier van Justitie (OvJ) om verlenging vraagt), plus 14 dagen, plus 3x 30 dagen duren. Waarbij een checkmoment plaatsvindt bij elke keer dat het voorarrest verlengd wordt. Je kunt al om je advocaat vragen op het moment dat je op het politiebureau binnen wordt gebracht. Als je wilt kun je met je advocaat praten voordat je je eerste verhoor bij de politie hebt gehad. Vanaf het moment dat je om je advocaat hebt gevraagd en deze is ingelicht, moet hij of zij 2 uur de tijd krijgen je te komen bezoeken. Accepteer geen piketadvocaat of smoesjes van de politie dat ze dit niet kunnen regelen of dat het je geld gaat kosten. Je moet nog wel steeds zelf om je eigen advocaat vragen, zowel voor je eerste verhoor, als ondersteuning tijdens je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling
    opnieuw!

    Je bent niet verplicht om:

    • Je naam te geven;
    • Een verklaring af te leggen. Bedenk dat een verklaring altijd tegen jou of anderen kan worden gebruikt. Wat de politie ook zegt, van verklaren wordt je positie alleen maar zwakker. Als je iets verklaard hebt, staat dat zwart op wit en is niet terug te draaien. Later verklaren na gesprek met een advocaat en/of vrienden is altijd nog mogelijk. Hou je mond en bewaar je verhaal voor een eventuele rechtszaak, dan heb je rustig na kunnen denken en de zaak kunnen bespreken met je advocaat. Bedenk dat alles wat je zegt tegen jou en je mede-arrestanten zal worden gebruikt en wat je per ongeluk gezegd hebt kan je niet meer terug nemen. Terwijl je wel later alsnog je verhaal kan doen, als het jou uitkomt en als jij er klaar voor bent. De enige die beter wordt van jouw verklaring is de politie, daarom doen ze ook zo hun best om je aan het praten te krijgen. Laat je niet dwingen hun vuile werk voor ze op te knappen;
    • Onderteken nooit iets ook niet met een kruisje of je NN nummer Uitzondering is evenueel het fouilleringsbriefje (zie boven)
    • Ingaan op een transactievoorstel.

    Terug naar inhoudsopgave

    De politie mag …

    • Foto’s en vingerafdrukken nemen als je NN bent of in verzekering gesteld wordt. Dit gaan ze hoogstwaarschijnlijk doen;
    • Je verhoren (in uitzonderlijke gevallen mag je ook ´s nachts worden verhoord, maar dan gaat die tijd wel van je voorarrest af);
    • Je voor een spiegelwand zetten waarachter dan ‘getuigen’ staan die de politie zeggen of ze jou herkennen of niet, de zogenaamde ‘confrontatie’;
    • Je overbrengen naar een ander politiebureau.

    De politie moet:
    • Je vertellen waar je van wordt verdacht;
    • Je je eigen voorkeursadvocaat toewijzen.

    Als je verdacht wordt van een overtreding moeten ze je na deze 6 (of 12) uur vrijlaten. Gaat het om een misdrijf dan kunnen ze je in bepaalde gevallen in verzekering stellen.

    In verzekering: +3 dagen
    Je krijgt een papier waarop staat dat je in verzekering gesteld bent  en van welke misdrijven je wordt verdacht. Het papier is ondertekend door een (hulp-)officier van Justitie. Je moet opnieuw aangeven wie je advocaat is en dat je hem/haar wilt zien, anders geeft de politie je een piketadvocaat. Je kan vragen of je mag bellen, maar recht hierop heb je niet. Als ze je laten bellen bedenk dan wel dat het telefoongesprek niet privé is. Na de eerste drie dagen (plus 15 uur) moet je worden voorgeleid voor de Rechter-Commissaris (RC). Als de officier van Justitie een verlenging heeft aangevraagd voor een tweede inverzekeringstelling, toetst de RC alleen of de inverzekeringstelling rechtmatig is. Na de eventuele verlenging kan je weer worden voorgeleid en beslist de RC of je in bewaring wordt gesteld. Je kunt echter ook gelijk worden voorgeleid voor de RC voor een in bewaring stelling. Bij zowel de toetsing van de inverzekeringstelling als de beslissing voor in bewaring stelling is je advocaat aanwezig, je hoeft dit niet alleen te doen.

    Snelrecht (ook wel ‘lik op stuk’)
    Er zijn verschillende vormen van snelrecht. Eén ervan is dat je tijdens je inverzekeringstelling of voorgeleiding bij de rechter-commissaris (RC) direct een dagvaarding meekrijgt. Je mag dan de tijd tot de rechtszaak (zitting) in vrijheid afwachten. Kom je niet opdagen bij de zitting dan word je bij verstek veroordeeld. Je hebt twee weken om tegen het vonnis in beroep te gaan, als NN’er kun je niet in beroep. Je kan ook al tijdens het voorarrest (meestal binnen 14 dagen) berecht worden: je wordt dan voor de politierechter geleid, die direct een vonnis velt.

    In bewaring: 14+3 maal 30 dagen
    Bij inbewaringstelling moet je worden overgebracht naar een huis van bewaring, behalve als ze daar een cellentekort hebben. Ze kunnen je dan nog maximaal 10 dagen vasthouden op een politiebureau, mits dat voldoende faciliteiten heeft. De raadkamer kan na de eerste 14 dagen beslissen om je insluiting met 30 dagen te verlengen. Dit kunnen ze nog twee keer herhalen. Je kan één keer tegen zo’n verlenging in beroep gaan, overleg dit met je advocaat.

    Na dit maximaal toegestane voorarrest moet het proces beginnen. Maar vaak is de officier van justitie nog niet klaar en vraagt de rechtbank om uitstel. Dan komt er alleen een pro formazitting. De rechtbank bepaalt wanneer de zaak wordt voortgezet en of je dat binnen of buiten moet afwachten.

    Vreemdelingenrecht
    Tegenwoordig worden activisten die hun naam niet bekend willen maken zo af en toe in vreemdelingenbewaring geplaatst. Dit betekent dat aangenomen wordt, omdat je je niet wilt identificeren, dat je illegaal in Nederland verblijft. Zodra je verteld is dat je vreemdelingrechtelijk wordt vastgehouden en je verhoord gaat worden heb je het recht een advocaat te zien. De meeste strafrechtadvocaten zijn geen vreemdelingenrechtadvocaat, dus zal je een nieuwe advocaat krijgen. Ook hier geldt: blijft vragen naar je voorkeursadvocaat! Blijf vragen naar haar/hem, dat je haar/hem ook eerst wil spreken voor het eerste verhoor, hier heb je recht op en dit is heel belangrijk. In het vreemdelingenrecht heb je niet, zoals bij strafrecht, het recht om te zwijgen, maar heb je een medewerkingsplicht. Het is daarom verstandig eerst met je advocaat gesproken te hebben. Je kunt dus in principe net zo lang worden vastgehouden totdat je je identificeert.

    Als je in vreemdelingenbewaring wordt gesteld betekent dat niet per sé dat je wordt overgeplaatst. Wel krijg je een bewijs van inbewaringstelling. Je kunt beroep instellen tegen de oplegging van de vreemdelingenbewaring, maar het is erg onwaarschijnlijk dat je wint.

    De meeste mensen komen vrij nadat ze hun paspoort hebben laten zien en duidelijk is dat ze legaal in Nederland zijn. Maar ook komen activisten nog wel eens vrij zonder hun paspoort te hebben laten zien. Als je niet legaal bent, wordt je gedeporteerd! Dit verhaal geldt natuurlijk ook voor mensen zonder een geldige verblijfsstatus.

    De laatste tijd hebben de politie en het Openbaar Ministerie wel een andere manier gevonden om mensen te dwingen hun identiteit te geven, namelijk door te dreigen mensen in vreemdelingenbewaring te zetten. Dit komt echter gelukkig weinig voor en staat los van de wettelijke ID-plicht.

    Het toepassen van vreemdelingenbewaring op activisten komt voort uit de gedachtegang en jurisprudentie dat je zelf kunt opdraaien voor het niet meewerken aan je identificatie en dat er vanuit gegaan mag worden dat je je terugkeer belemmert wanneer je geen vaste verblijfsplaats opgeeft. (ABRvS 21 maart 2011, LJN BP9284) )

    Terug naar inhoudsopgave

    De politie mag niet …

    De politie heeft ruime bevoegdheden, een aantal zaken mogen echter niet, dat wil niet zeggen dat het niet gebeurt.

    • Vrouwelijke arrestanten mogen nooit door mannelijke agenten gefouilleerd worden. Mannelijke arrestanten ook niet door vrouwelijke agenten. Transgenders worden gefouilleerd door een agent van het geslacht dat in je paspoort staat;
    • De politie zal zich niet altijd aan de regels houden. Ook zal ze van alles uit de kast trekken om jou aan het praten te krijgen. Bereid je hier zo goed mogelijk op voor. Laat je niet intimideren, blijf kalm en bedenk: je hulp komt eraan;
    • Spreek je niet goed Nederlands dan heb je tijdens de verhoren
    recht op een tolk, dat moet de politie dan ook voor je regelen.

    Terug naar inhoudsopgave

    Meest gebruikte wetsartikelen arrestatie van activisten

    Misdrijven
    Bij sommige misdrijven is inverzekeringstelling altijd mogelijk, bij sommige alleen als je niet geïdentificeerd wordt (zie artikel 67 wetboek van Strafvordering). Zolang je anoniem bent kan het altijd gebeuren dat je in vreemdelingenbewaring gesteld wordt op het  moment dat je strafrechtelijke bewaring ten einde is. Nogmaals, de uren tussen 00.00 uur ’s nachts en 09.00 uur ’s ochtends worden niet meegerekend bij het aantal uren dat je vastzit.

    Huisvredebreuk (art. 138 lid 1 Sr).
    Hij die in de woning of het besloten lokaal of erf, bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringt of, wederrechtelijk aldaar vertoevende, zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijdert, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, indien je je identificeert of je identiteit achterhaald wordt, maximaal 6 uur worden vastgehouden. Je kan niet in verzekering worden gesteld. Je hebt wel het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor. Indien je anoniem blijft mag je wel in verzekering worden gesteld en heb je het recht je advocaat te spreken voor het eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Kraken (art.138a Sr.)
    • Hij die in een woning of gebouw, waarvan het gebruik door de rechthebbende is beëindigd, wederrechtelijk binnendringt of wederrechtelijk aldaar vertoeft, wordt, als schuldig aan kraken, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar van de derde categorie.
    • Indien hij bedreigingen uit of zich bedient van middelen geschikt om vrees aan te jagen, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
    • De in het eerste en tweede lid bepaalde gevangenisstraffen kunnen met een derde worden verhoogd, indien twee of meer verenigde personen het misdrijf plegen.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Openlijke geweldpleging (art. 141 Sr)
    Zij die openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen, worden gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste  vier jaren en zes maanden of geldboete van de vierde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Artikel 141a
    Hij die opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaft tot het plegen van geweld tegen personen of goederen wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van de vierde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Opruiing (Art. 131 Sr. )
    • Hij die in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, tot enig strafbaar feit of tot gewelddadig optreden tegen openbaar gezag opruit, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijf jaren of geldboete van de vierde categorie.
    • Indien het strafbare feit waartoe wordt opgeruid een terroristisch misdrijf dan wel een misdrijf ter voorbereiding of vergemakkelijking van een terroristisch misdrijf inhoudt, wordt de gevangenisstraf, gesteld op het in het eerste lid omschreven feit, met een derde verhoogd.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Verspreiding opruiend geschrift (Art. 132 Sr. )
    • Hij die een geschrift of afbeelding waarin tot enig strafbaar feit of tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag wordt opgeruid, verspreidt, openlijk tentoonstelt of aanslaat of, om verspreid, openlijk tentoongesteld of aangeslagen te worden, in voorraad heeft, wordt, indien hij weet of ernstige reden heeft te vermoeden dat in het geschrift of de afbeelding zodanige opruiing voorkomt, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie.
    • Met dezelfde straf wordt gestraft hij die, met gelijke wetenschap of een gelijke reden tot vermoeden, de inhoud van een zodanig geschrift openlijk ten gehore brengt.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Computervredebreuk (Art. 138ab Sr.)
    Met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie wordt, als schuldig aan computervredebreuk, gestraft hij die opzettelijk en wederrechtelijk binnendringt in een geautomatiseerd werk of in een deel daarvan. Van binnendringen is in ieder geval sprake indien de toegang tot het werk wordt verworven:
    a. door het doorbreken van een beveiliging
    b. door een technische ingreep
    c. met behulp van valse signalen of een valse sleutel, of
    d. door het aannemen van een valse hoedanigheid.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Wederspannigheid/verzet bij arrestatie (art. 180 Sr)
    Hij die zich met geweld of bedreiging met geweld verzet tegen een ambtenaar werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, of tegen personen die hem daarbij krachtens wettelijke verplichting of op zijn verzoek bijstand verlenen, wordt als  schuldig aan wederspannigheid gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, indien je je identificeert of je identiteit achterhaald wordt, maximaal 6 uur worden vastgehouden. Je kan niet in verzekering worden gesteld. Je hebt wel het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor. Indien je anoniem blijft mag je wel in verzekering worden gesteld en heb je het recht je advocaat te spreken voor het eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Wederspannigheid/verzet bij arrestatie gepleegd
    door twee of meer personen (art. 182 lid 1 Sr)
    De dwang en de wederspannigheid in de artikelen 179 en 180 omschreven, door twee of meer personen met verenigde krachten gepleegd, worden gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Niet opvolgen van een ambtelijk bevel (art. 184 lid 1 Sr)
    Hij die opzettelijk niet voldoet aan een bevel of een vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast of door een ambtenaar belast met of bevoegd verklaard tot het opsporen of onderzoeken van strafbare feiten, alsmede hij die opzettelijk enige handeling, door een van die ambtenaren ondernomen ter uitvoering van enig ettelijk voorschrift, belet, belemmert of verijdelt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, indien je je identificeert of je identiteit achterhaald wordt, maximaal 6 uur worden vastgehouden. Je kan niet in verzekering worden gesteld en hebt niet het recht je advocaat te spreken of aanwezig te hebben bij een eventueel verhoor. Indien je anoniem blijft mag je wel in verzekering worden gesteld en heb je wel het recht je advocaat te spreken.

    Belediging (art. 261 lid 1 Sr)
    Hij die opzettelijk iemands eer of goede naam aanrandt, door telastlegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, wordt, als schuldig aan smaad, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, indien je je identificeert of je identiteit achterhaald wordt, maximaal 6 uur worden vastgehouden. Je kan niet in verzekering worden gesteld en hebt niet het recht je advocaat te spreken of aanwezig te hebben bij een eventueel verhoor. Indien je anoniem blijft mag je wel in verzekering worden gesteld en heb je wel het recht je advocaat te spreken.

    Bedreiging (art. 284 lid 1 en verder)
    Met gevangenisstraf van ten hoogste negen maanden of geldboete van de derde categorie wordt gestraft:
    • hij die een ander door geweld of enige andere feitelijkheid of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, gericht hetzij tegen die ander hetzij tegen derden, wederrechtelijk dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden; Kan ook in groepsverband, art. 285. Voor bedreiging bestaat de mogelijkheid van een inverzekeringstelling.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Mishandeling (art. 300 lid 1 Sr en verder)
    Mishandeling wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie. Artikel 300 kent nog een aantal andere leden, die zien op verzwarende omstandigheden (lichamelijk letstel, dood).

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Vernieling (art. 350 Sr)
    Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.

    Als je wordt aangehouden op grond van dit artikel kan je, ongeacht of je wel of niet geïdentificeerd bent, in verzekering worden gesteld. Je hebt het recht je advocaat te spreken voor je eerste verhoor en bij inverzekeringstelling.

    Terug naar inhoudsopgave

    De Voetbalwet als gereedschap tegen activisten

    We zien het wel vaker, wetten die onder bepaalde voorwendselen wor- den doorgedrukt en vervolgens voor andere doeleinden worden gebruikt. Zo ook de ‘ Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast ’, beter bekend als de ‘ Voetbalwet’ , die in 2010 werd ingevoerd. De wet zou gerelateerd geweld moeten voorkomen door voetbal hooligans gebiedsverboden en een meldplicht op te leggen. In 2010 werd al vermoed dat deze wet niet alleen tegen voetbal hooligans zou worden ingezet.

    Nadat Mitch Henriquez in 2015 overleed door hevig politiegeweld in Den Haag ontstonden er protesten die uitliepen in een opstand tegen de politie in de Haagse Schilderswijk. Vier nachten kwamen buurtbewoners in opstand tegen de politie, en tegen racistisch politiegeweld dat de wijk al jaren teisterde. Ook lokale antifascisten en anarchisten die al twee jaar voor de moord op Mitch bezig waren met een campagne tegen politiegeweld waren betrokken bij de protesten. De politie en burgemeester probeerden dan ook later de schuld van de opstand in hun schoenen te schuiven. Dit zou overigens de protesten en de opstand te kort doen. Natuurlijk waren er anarchisten en antifascisten bij betrokken maar het was voornamelijk de buurt en jongeren die elke dag doelwit zijn van de politie die in opstand kwamen.

    Lokale anarchisten waren al langer een doorn in het oog van de lokale bestuurders en politie in Den Haag. Hierom maakte de politie een dossier aan met het kenmerk CTER, Contra Terrorisme, Extremisme en Radicalisering. CTER is een samenwerking van allerlei repressieve organen. Denk aan de burgemeester, de politie, inlichtingendiensten maar ook de belastingdienst, jeugdzorg etc.

    Door een bepaalde groep mensen te bestempelen als een gevaar en het aanmaken van een CTER dossier wordt deze groep besproken bij lokale CTER overleggen. In eerste instantie is dat vooral het in kaart bren- gen van groepen of individuen door middel van informatievergaring. Daarna word er binnen dit overleg tot een aanpak besloten. Dit kan van alles zijn. Van het irritant volgen van personen tot het vervolgen wegens criminele organisatie. Wat ook een aanpak kan zijn is het gebruik van de Voetbalwet om zo een gebiedsverbod of meldingsplicht af te dwingen. Zo probeerde de burgemeester samen met het Openbaar Ministerie dit ook bij enkele lokale anarchisten in Den Haag. Vijf anarchisten kregen een brief met het voornemen een gebiedsverbod opgelegd te krijgen voor drie maanden voor de Schilderswijk. Het gebiedsverbod werd onderbouwd met allerlei vage aannames en onduidelijke bronnen.

    Juridisch kader

    Een gebiedsverbod op basis van de Voetbalwet kan worden opgelegd door de burgemeester. Het is dus een bestuurlijke maatregel uit de Gemeentewet, (artikel 172a). Bij bestuurlijke maatregelen krijg je altijd de gelegenheid om een zienswijze in te dienen. Hier moet de burgemeester eerst naar kijken voordat hij de maatregelen definitief invoert. Wordt de maatregel alsnog opgelegd dan kan je naar de bestuursrechter stappen om dit door de rechtbank te laten toetsen. Als de maatregel wordt toe- gekend is deze makkelijk door de burgemeester te verlengen tot een jaar.

    In de zaak van de Haagse anarchisten waren de aangevoerde redenen voor het gebiedsverbod een samenraapsels van delen van strafdossiers, veroordelingen, mutaties van de politie en informatie van de inlichtingendiensten. Hierbij werden er dingen aangehaald die totaal niet relevant zijn voor het opleggen van een gebiedsverbod in de Schilderswijk.

    In de brief wordt gesteld dat de anarchisten voor ‘structurele overlast’ zorgen. De overlast zou bestaan uit o.a. het houden van niet aangemelde demonstraties, het verstoren van de openbare orde en het verstoren van demonstraties. In de brieven staan opsommingen van ‘feiten’ waar men mee in verband wordt gebracht of voor is aangehouden. Deze ‘feiten’ lopen per persoon uiteen van kraken en het houden van niet aangemelde demonstraties, tot het plakken van posters en het vernielen van gevangenishekken. Wat de anarchisten gemeen hebben is dat zij allen actief zijn in de strijd tegen institutioneel racisme, etnisch profileren, en de racistische Haagse politie in het bijzonder, en dat zij afgelopen 27 juni preventief gearresteerd werden in de Schilderswijk na afloop van een herdenkingsdemonstratie voor de door de politie vermoorde Mitch Henriquez.

    In de brief wordt verder gesteld dat er gedurende de vierdaagse opstand in de Schilderswijk van afgelopen zomer na de politiemoord op Mitch Henriquez ‘diverse aan de Anti-Fascistische Actie (AFA) gelieerde men- sen aanwezig waren’ en dat zij ‘een opruiende en een katalyserende rol hadden in de escalatie van de demonstratie naar de rellen’. Ook stelt men dat ‘de aan AFA gelieerde personen meerdere malen de openbare orde hebben verstoord in de Schilderswijk’.

    De vraag bij al deze dingen is of ze deze speculaties hard kunnen maken in een juridische context. Daarom heeft de advocaat van de anarchisten in de zienswijze gevraagd om alle bronnen van deze aannames en speculaties. Hierbij werd gevraagd of de informatie van de AIVD kwam of van de MIVD, de politie of het Openbaar Ministerie. Zo werd er een enorme lijst van mogelijke bronnen opgesteld door de advocaat.

    Op deze zienswijze hoorden de anarchisten maanden lang niets terug. Pas na de verstreken termijn van het gebiedsverbod zelf kwam er een kort antwoord van de burgemeester dat hij ditmaal afzag van het gebiedsverbod. Wel dreigde hij het op te leggen als anarchisten actief bleven in de strijd tegen politiegeweld.

    Door het opvragen van bronnen van de gestelde feiten in de brief komt de burgemeester in een lastige situatie. Zeker als deze brief grotendeels op speculatie is gebaseerd. Komt de informatie bijvoorbeeld van de inlichtingendiensten dan moeten zij daar iets van blootgeven. Iets wat ze liever niet doen.

    Terug naar inhoudsopgave

    Rechtsbijstand van een advocaat

    Een advocaat kost geld. Omdat in principe iedereen recht heeft op bijstand van een advocaat kunnen mensen met een laag inkomen daarom procederen op toevoeging. Dit betekent dat je zelf een eenmalige bijdrage betaalt aan de advocaat en dat de rest van zijn of haar kosten wordt gesubsidieerd door de Staat. De Raad voor Rechtsbijstand bepaalt of je recht hebt op een toevoeging en stelt vervolgens aan de hand van je inkomen en vermogen die eigen bijdrage vast. Deze bedraagt op dit moment minimaal €… euro voor civiele zaken. In strafzaken is het bedrag iets lager; dit is €…. In civiele zaken krijg je €50 korting als je doorverwezen wordt door het juridisch loket.

    Aanvraag
    Voor het aanvragen van een toevoeging heeft de advocaat een kopie van je paspoort/legitimatiebewijs en je sofi-nummer (BSN-nummer)/Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) adres, voor zover dat niet in je paspoort vermeld staat, nodig.

    De advocaat dient de aanvraag in bij de Raad voor Rechtsbijstand (www.rvr.org). De Raad controleert vervolgens je gegevens en stelt aan de hand daarvan je financiële situatie vast. Op basis hiervan wordt de hoogte van je eigen bijdrage bepaald. Vervolgens, als de toevoeging wordt verleend, wordt deze naar de advocaat gezonden. De eigen bijdrage staat vermeld op de toevoeging en de advocaat zal je vervolgens een rekening sturen (in hoeverre dit gebeurt, hangt ook af van wat je daarover, zo mogelijk vooraf, met je advocaat afspreekt.

    Als je niet staat ingeschreven op een adres in Nederland wordt het iets lastiger om een toevoeging te krijgen. Je moet dan een speciaal formulier invullen, de ‘Opgave Inkomen en Vermogen’ en er wordt van je verlangd dat je allerlei belastinginformatie uit het land waar je staat ingeschreven meestuurt. Tenminste, als je invult dat je belastingaangifte doet. Op het moment dat je bijvoorbeeld claimt te leven van wat je vindt of dat je ouders je geld sturen zal de Raad voor Rechtsbijstand vaak niet om aanvullende (belasting)informatie vragen.

    Peiljaar
    De eigen bijdrage wordt vastgesteld op basis van de gegevens van het peiljaar. In het aanvraagjaar 2008 was het peiljaar 2006, in 2009 is het peiljaar 2007, etc. Het kan zo zijn dat je een aantal jaar geleden een andere financiële positie had dan nu en dat je wilt dat de eigen bijdrage wordt vastgesteld aan de hand van je huidige situatie. Je moet dan een peiljaarverlegging aanvragen.

    Een advocaat inhuren of automatische toevoeging
    Soms krijg je automatisch rechtsbijstand van een advocaat, soms moet je deze zelf aanvragen. Als je bijvoorbeeld in een civiele procedure, bijvoorbeeld een kort geding, wordt gedagvaard, als je een executiegeschil opstart of als je voordat je een pandje kraakt een advocaat om bijstand hebt verzocht, moet je zelf (via de advocaat) rechtsbijstand aanvragen. Ook als je wordt gearresteerd en niet na voorgeleiding bij de rechter-commissaris in bewaring wordt gesteld, maar wel gedagvaard wordt, dien je zelf een aanvraag te doen. Vuistregel is dus grofweg: Als je vast zit wordt het geregeld voor strafzaken en vreemdelingenrecht, in alle andere gevallen moet je het zelf regelen. In deze laatste gevallen zal de Raad in eerste instantie altijd een eigen bijdrage vaststellen. Om hier onderuit te komen zal je bezwaar moeten maken. Let op! Tot medio 2009 was het zo dat in strafrechtelijke zaken de laagste inkomensgroep geen eigen bijdrage hoefde te betalen. Dit is veranderd. Ook als de Staat jou dagvaardt in een strafrechtelijke procedure wordt nu een eigen bijdrage gevraagd.

    Als je na voorgeleiding bij de rechter-commissaris strafrechtelijk in bewaring wordt gesteld of wanneer je ervan verdacht wordt onrechtmatig in Nederland te verblijven en in vreemdelingenbewaring wordt gesteld, krijg je automatisch een advocaat. Dit kan een piketadvocaat of een voorkeursadvocaat zijn. Wanneer je op deze manier wordt toegevoegd hoef je nooit een eigen bijdrage te betalen.

    Griffierecht
    In sommige zaken dient alleen de eisende partij griffierecht (‘administratiekosten’) te betalen, in andere gevallen moeten beide partijen voor aanvang van de zaak griffierecht betalen. Achteraf kan de verliezende partij dan worden veroordeeld tot het terugbetalen van het griffierecht aan de partij die in het gelijk is gesteld. De hoogte van het griffierecht is afhankelijk van de aard van de partij (rechtspersoon of natuurlijk persoon) en het type zaak. Voor individuen bedraagt het griffierecht in kort geding zaken € ..,-. Het bedrag kan tot maximaal € ..,- verlaagd worden als je een laag inkomen hebt. Je moet dan eerst een inkomensverklaring aanvragen bij de Raad voor Rechtsbijstand en deze vervolgens doorsturen naar de rechtbank. https://www.rechtspraak.nl/Naar-de-rechter/Kantonrechter/Kosten/ Pages/Griffierechten.aspx

    Meerdere verdachten in één zaak
    Als meerdere mensen voor dezelfde zaak een toevoeging aanvragen hoeft maar één persoon de volledige eigen bijdrage te betalen. De overige mensen krijgen een vermindering van 50%.

    Kantonrechtszaken
    De Raad voor Rechtsbijstand claimt ook te kunnen bepalen wat het belang is van een bepaalde zaak en of je daarom überhaupt bijstand van een advocaat nodig hebt. In de praktijk komt het er op neer dat je voor zaken die bij de kantonrechter dienen heel moeilijk of eigenlijk geen toevoeging kan krijgen. Dit zijn bijvoorbeeld procedures over overtredingen zoals het niet geven van je ID en het betreden van verboden terrein.

    Terug naar inhoudsopgave

    Klachtenprocedures

    Er zijn verschillende situaties waarin je kunt overwegen om een klacht in te dienen. Bijvoorbeeld over het gebruik van geweld, als je (veganistisch) eten of schone kleren geweigerd wordt, of als je vervelend behandeld bent op het bureau of in de P.I. Klachten dien je in bij de politie zelf. Het is goed om ook altijd een kopie naar de Nationale Ombudsman en de burgemeester van de plaats waar het gebeurd is te sturen. Bedenk van te voren wat je wilt bereiken met het indienen van je klacht, want het kan zijn dat je wordt uitgenodigd voor een gesprek en/of toelichting. Uitspraken van de Nationale Ombudsman zijn niet bindend. Het kost je echter ook niets om een klacht in te dienen, en het aantal ingediende klachten wordt wel meegenomen in de statistieken over de politie.

    Misdragingen hoeft niemand toe te staan, en hoe meer mensen er iets van zeggen, hoe minder normaal het wordt en hoe groter de kans dat er iets aan gedaan wordt. Zo is er hierdoor in Amsterdam-Amstelland een onafhankelijke Commissie ingesteld die de klachten wat serieuzer op is gaan pakken. Bedenk wel dat je alleen kunt klagen over gedragingen die ook volgens de regels van de politie zelf niet mogen. Ook al kun je alleen klagen over incidenten, maken genoeg klachten het soms mogelijk maken om in de cijfers ook het laakbaar systematisch aspect van bepaalde gedragingen zichtbaar te maken, en is het dus niet zinloos.

    Klachten over het handelen van de politie
    Je kunt een klacht indienen als je bijvoorbeeld vindt dat je onjuist behandeld bent, je te lang hebt moeten wachten op een brief, de politie misbruik heeft gemaakt van zijn bevoegdheden of onzorgvuldig te werk is gegaan. Tegen een boete kun je geen klacht indienen. Ook bij meer ernstige gedragingen is een klacht niet het juiste middel, zie dan hieronder voor aangifte.

    Iedere regio kent een verschillende regeling voor het indienen van klachten over de politie. Politiekorpsen zijn verplicht een folder te hebben over de geldende regeling, het is dus handig voordat je je klacht indient om deze op te vragen. Zo weet je precies wat je te wachten staat, wat je van de politie kunt verwachten, je de politie op haar eigen regels kunt wijzen en waar je rekening mee kunt houden.

    Meestal moet je je klacht indienen bij de chef van de regionale eenheid waarover je klacht gaat. Maar soms kan het ook bij de hoofdcommissaris, de burgemeester of de klachtencoördinator van de politie van het desbetreffende politiekorps. Dit kan via een digitaal klachtenformulier, schriftelijk of mondeling. Zorg ervoor dat je je naam en adres, telefoonnummer en/of e-mailadres, datum, de plaats waar het gebeurde en een duidelijke beschrijving van hetgeen waar je je klacht tegen indient vermeldt in je klacht.

    Vaak zal de politie je vervolgens uitnodigen voor een gesprek met de klachtcoördinator. Je bent niet verplicht om op deze uitnodiging in te gaan. Ben je na dit gesprek niet tevreden, dan start de chef van deze politie-eenheid een onderzoek of wordt er een klachtbemiddelaar aangewezen die onderzoekt of er een oplossing gevonden kan worden voor het geschil. Indien dit niet het geval is wordt de klacht doorgestuurd naar de Commissie voor Politieklachten, een commissie die geacht wordt onafhankelijk van de politie te opereren. De  klacht wordt dan onderzocht door de burgemeester, die vervolgens verslag uitbrengt aan de korpschef. Deze neemt eventuele vervolgmaatregelen.

    De klachtenprocedures bij politie en de Commissie voor Politieklachten worden geregeld in een eigen klachtenregeling.
    Als je anoniem een klacht indient wordt deze lang niet altijd behandeld. In de klachtenregeling van het politiekorps Amsterdam- Amstelland bijvoorbeeld wordt vermeld dat anoniem klagen in bijzondere gevallen mogelijk is. In de uitvoeringsregeling klachtbehandeling van de politie staat echter wel dat het ook
    mogelijk is een adres van een gemachtigde op te geven. Of de klacht ontvankelijk is wordt beoordeeld door de Commissie. De criteria die hierbij gehanteerd worden staan niet vermeld in de klachtenregeling. Je kunt echter aannemen dat deze min of meer zullen aansluiten bij de criteria die de Nationale Ombudsman hanteert (zie hierna ).

    Aangifte doen tegen de politie.
    Wanneer de politie een strafbaar feit jegens jou heeft begaan is het doen van aangifte een beter middel. Het grote verschil met een klacht is dat er bij aangifte rechtsgevolgen komen kijken, wat het een dwingender middel maakt dan de klacht.

    Er is sprake van een strafbaar feit wanneer de politie een wetsartikel overtreedt. Je kunt hierbij denken aan schending van het huisrecht, diefstal van spullen die je tijdelijk aan hen moest afgeven of je fouillering, geweldmisbruik, aanranding of iemand (langer dan toegestaan) van zijn vrijheid beroven. Ook als getuige kun je aangifte doen van strafbare feiten, hier worden echter zonder aangifte van de direct betrokkene minder gevolgen aan verbonden. Aangifte kun je doen bij de lokale politie in de regio waar het voorval heeft plaatsgevonden. Dit kan zowel mondeling als schriftelijk. Het is helaas niet mogelijk om anoniem aangifte te doen, je kunt wel een briefadres gebruiken in plaats van je eigen adres, maar je zal toch je aangifte van je naam moeten voorzien. Vervolgens wordt er door de politie van je aangifte proces-verbaal opgemaakt en een onderzoek gestart of ze gaan vervolgen.

    Wanneer ze dit niet doen en je bent het daar niet mee eens kun je op grond van art. 12 Sv. hiertegen een klacht indienen bij het gerechtshof en om vervolging vragen. Wanneer de politie weigert je aangifte op te nemen kun je hierover klagen bij de korpschef of de officier van justitie. De officier van justitie kan eisen dat je aangifte wordt opgenomen of het zelf doen. Als deze het ook weigert kun je hierover schriftelijk een klacht indienen bij het gerechtshof. Deze kan afdwingen dat je aangifte opgenomen wordt.

    Nationale Ombudsman
    Als een klacht niet naar tevredenheid is afgehandeld door de Commissie voor Politieklachten, of je het niet eens bent met het onderzoek naar je klacht of aangifte kan je een klacht indienen bij
    de Nationale Ombudsman. Ook kunnen bijvoorbeeld klachten over behandeling in een huis van bewaring of de P.I. bij hem worden ingediend. De ingediende klacht moet volgens de wet de personalia van de klager vermelden en de Ombudsman kan besluiten een verzoekschrift dat niet aan die eis voldoet niet te behandelen. Met andere woorden, een anoniem verzoekschrift hoeft niet te worden behandeld. Navraag bij de Nationale Ombudsman leert dat alleen in zeer bijzondere omstandigheden anoniem geklaagd kan worden, namelijk als de klager voor strafvervolging te vrezen heeft. De naam en het adres van de klager dienen in zo’n geval nog steeds wel bekend gemaakt te worden aan de Nationale Ombudsman, maar deze verplicht zich die gegevens niet door te geven aan het bestuursorgaan waarover geklaagd wordt.

    Meer informatie zie: www.nationaleombudsman.nl

    Europees Hof voor de Rechten van de Mens
    Wie in eigen land uitgeprocedeerd is kan in voorkomende gevallen, als er sprake is van schending van een recht volgens het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, naar art. 34 EVRM, een klacht indienen bij het EHRM. De einduitspraak van dit Hof is bindend voor alle landen die hierbij aangesloten zijn. Anonieme verzoekschriften worden volgens de regels van het Europees Hof niet behandeld.

    Voor meer informatie zie: www.europa-nu.nl

    Enkele praktische aanwijzingen
    Waar je in ieder geval om moet denken om een zorgvuldige klacht te kunnen neerleggen bij de politie is het volgende:

    • Leg zo goed mogelijk vast wat er gebeurd is: wie, wanneer, wat, waar en hoe; wie kunnen getuigen; zijn er foto- of filmbeelden van het gebeurde; noteer signalementen (wacht met het maken van zo’n eerste verslagje niet te lang, bepaalde essentiële dingen kun je al snel vergeten zijn);
    • probeer ter plekke al de agent of een leidinggevende aan te spreken; vraag naar naam, nummer, rayon/bureau;
    • maak foto’s van zichtbaar lichamelijk letsel;
    • zorg voor een doktersverklaring van lichamelijk letsel;
    • stel je klacht zo precies mogelijk op (maak altijd kopieën!); voeg kopieën van getuigenverklaringen, doktersverklaringen, foto’s enzovoort bij;
    • voorzie de klacht van je naam, (post)adres en eventueel telefoonnummer; of laat de klacht —zeker als je anoniem wenst te blijven —door een gemachtigde indienen die bereikbaar is;
    • dien je klacht in bij de burgemeester van de plaats waar het allemaal gebeurd is, of de(korpschef van) politie, t.a.v. de klachtencoördinator;
    • Wees in het opstellen van je klachtenbrief duidelijk en vermeld puntsgewijs waarover je wilt klagen met een korte uitleg. Wees hierin zakelijk en ga niet al je frustraties op papier uiten, anders wordt je niet echt serieus genomen. Vermeld ook in de brief duide- lijk of je gebruik wilt maken van een bemiddelingsgesprek of niet;
    • stuur een kopie van je klacht naar de Nationale Ombudsman, die zal deze klacht nog niet in behandeling nemen, maar als de politie er te lang mee wacht kan de ombudsman besluiten de klacht wel al te gaan behandelen;
    • soms is het zinvol om in de gemeenteraad vragen over politie optreden te laten stellen, daarbij is een duidelijk geformuleerde klacht belangrijk.

    Terug naar inhoudsopgave

    Schadevergoeding

    Schadevergoeding na voorlopige hechtenis
    In een aantal gevallen kun je binnen drie maanden na beëindiging van je strafzaak de strafrechter en/of de civiele rechter verzoeken om schadevergoeding wegens onterechte vrijheidsbeneming. Schadevergoeding na voorlopige hechtenis is echter alleen mogelijk als je in verzekering bent gesteld. In het strafrecht wordt dit verzoek gebaseerd op artikel 89 Sv, in het civiel recht op basis van artikel 6:162 BW (onrechtmatige overheidsdaad). De rechter kan een schadevergoeding toekennen op gronden van billijkheid met betrekking tot de achteraf onterecht gebleken inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis (€ .. per dag in een huis van bewaring en € .. per dag in het politiebureau dan wel huis van bewaring met beperkingen). Ook kan worden gevraagd om schadevergoeding voor de schade die iemand heeft geleden als gevolg van klinische observatie of vrijheidsbeneming in het buitenland wegens een uitleveringsverzoek van de Nederlandse staat.

    In welke gevallen kan het verzoek bij de strafrechter worden ingediend?
    Het verzoek kan ten eerste worden ingediend als je bent vrijgesproken of ontslagen van alle rechtsvervolging (ook bij politie- of OM-sepot). Schadevergoeding kan dus niet gevorderd worden als de opgelegde straf korter is dan de periode die in hechtenis is doorgebracht. Ten tweede kan een vergoeding worden gevraagd als je bent veroordeeld voor een strafbaar feit waarvoor geen voorlopige hechtenis is toegestaan.

    Je moet je verzoek tot schadevergoeding persoonlijk indienen en ondertekenen. Je kunt het verzoek ook door je advocaat laten ondertekenen, maar je moet dan wel in de raadkamer verklaren dat je een verzoek tot schadevergoeding wenst te doen. Als NN-er kan je dus in principe ook zo’n verzoek indienen (wat na de arrestaties tijdens de Eurotop in 1997 in Amsterdam bijvoorbeeld massaal is gebeurd), maar de raadkamer accepteert zo’n anoniem verzoek lang niet altijd.

    Verzoek tot schadevergoeding bij de civiele rechter
    Bij de civiele rechter kan alleen schadevergoeding worden gevorderd als je detentie onrechtmatig was en uit het strafdossier kan worden geconcludeerd dat je onschuldig bent. Van onrechtmatigheid is sprake als de detentie onwettig was of daardoor fundamentele beginselen zijn geschonden.

    Een verzoek tot schadevergoeding op grond van artikel 6:162 BW kan niet anoniem worden ingediend, omdat je de staat moet dagvaarden en een dagvaarding niet anoniem kan worden uitgebracht.

    Schadevergoeding vragen: gewoon doen, niet alleen voor jezelf
    Schadevergoeding wordt vaak vergeten, omdat mensen blij zijn met het feit dat de zaak is afgehandeld en ze weer vrij zijn. Toch is het goed om het standaard te doen, als je niet vraagt, krijg je sowieso niets dus het kan geen kwaad omdat je al gezeten hebt via je advocaat een schadevergoeding te vragen. En als je dan een leuk bedrag krijgt is het ook goed dit niet alleen in eigen zak te steken, maar ook groepen en acties te steunen.

    Terug naar inhoudsopgave

    Identificatieplicht

    Zoals bekend is per 1 januari 2005 de Wet Uitgebreide Identificatieplicht van kracht.

    In het kort vind je hieronder de mogelijke gevolgen van de ID-plicht als je je ID-bewijs niet bij je hebt en/of je weigert deze te tonen. Je kunt ook na de invoering van deze wet nog steeds anoniem (NN) zijn en blijven. De politie heeft geen extra mogelijkheden om je identiteit te achterhalen.

    De juridische gevolgen van het niet tonen van je ID-bewijs op verzoek van de politie:

    • Het niet (willen) tonen van je ID is een overtreding, hiervoor mag je dus niet in verzekering worden gesteld;
    •  Bij aanhouding op heterdaad van een overtreding word je meegenomen naar het bureau en mag je 6 uur worden vastgehouden;
    • Blijf je weigeren je te identificeren en wordt er geen ID-informatie bij je fouillering gevonden, dan mag de politie je 6 uur langer vasthouden ter identificatie. Dan mogen onder andere ook je foto’s, lichaamsmaten en vingerafdrukken worden afgenomen;
    • Is binnen deze 6 + 6 uur niets gevonden, dan moet de politie je laten gaan en kun je op je vingerafdrukken een dagvaarding meekrijgen, voor het niet willen tonen van je ID-bewijs;
    • Als je ID wel bekend wordt, bijvoorbeeld omdat je vingerafdrukken een match geven of omdat de buurtagent jou ‘ambtshalve’ herkent, krijg je een strafbeschikking thuisgestuurd. Tegen deze beschikking kan je bezwaar indienen. Dit is aan te raden om te doen. Je moet dan een verzetsschrift sturen aan de officier van justitie. Zij of hij bekijkt vervolgens of de strafbeschikking wordt gehandhaafd, veranderd of ingetrokken.
      Je zaak wordt dan eventueel voor de rechter gebracht. Het hoe en wat precies staat op de achterkant van de beschikking.

    Extra:
    In de praktijk komt het vaak er op neer dat als je identiteit bekend wordt, je dan alsnog word vrijgelaten, maar de dienstdoende agenten denken soms dat ze je kunnen vasthouden totdat er ook werkelijk een ID langs gebracht is. Hoewel hierover zover bekend geen rechtszaak gevoerd is, kun je in ieder geval redelijkerwijs stellen dat een vingerafdruk-match voldoende moet zijn en dat ze desnoods de match zelf kunnen formaliseren door jou ambtshalve te herkennen op basis van die match (wat in principe wel voldoende is om vrijgelaten te worden zonder alsnog een ID aan te laten komen).

    Houd er rekening mee dat als je blijft weigeren je identiteit af te geven, je in vreemdelingenbewaring kunt worden geplaatst ook al is door de rechter al bepaald dat dit niet mag (Schijnheilig-arrest), zie daarvoor de tekst over vreemdelingenbewaring. Er staat een maximale boete van 3900 euro op het niet tonen van je ID-bewijs, maar dit is standaard voor meer overtredingen. Ook voor bijvoorbeeld het wildplakken krijg je in eerste instantie nooit de maximum straf. Op het moment van schrijven bedraagt de standaard boete voor het niet tonen van een geldig identiteitsbewijs voor ieder persoon boven de zestien jaar 90 euro. Als je uiteindelijk niet betaalt zou je de boete ook uit kunnen zitten, als via de gerechtsdeurwaarder niets bij je te halen valt (Houd er dan wel rekening mee dat na een rechtszaak en verdere weigering de te betalen boete veel hoger kan uitvallen!).

    Je hebt als verdachte  in Nederland zwijgrecht (art. 29 lid 1 Sv.), dat betekent dat je niet hoeft mee te werken aan je eigen veroordeling, ook al zal de politie anders beweren en zeggen dat je moet verklaren. Vaak wordt je in combinatie met andere ‘strafbare feiten’ opgepakt.

    Als je anoniem blijft heeft justitie de mogelijkheid je in verzekering te stellen, door gebruik te maken van het zogenaamde ‘landlopers-artikel’ (Art. 67, lid 2 Sv). Veelal blijf je niet de hele inverzekeringsstellingsperiode vast zitten en wordt dit meer als chantagemiddel gebruikt om mensen toch hun identiteit te laten geven, net als met vreemdelingenbewaring.

    Terug naar inhoudsopgave

    DNA

    Per 1 februari 2005 is de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden in werking getreden. Iedereen die al dan niet onherroepelijk is veroordeeld voor een misdrijf waarop voorlopige hechtenis is toegestaan en waar een maximale gevangenisstraf van 4 jaar of hoger voor staat, zal door de officier van justitie worden verplicht tot het afstaan van DNA-materiaal. Dat betekent dus ook dat je DNA moet afstaan, terwijl je zaak in hoger beroep nog moet worden behandeld. Als je niet bent veroordeeld tot gevangenisstraf, maar tot een taakstraf, kan je tevens verplicht worden tot het afstaan van je DNA. Ook geldt deze wet voor zowel meerder– als minderjarigen.

    Het hier verder volgend verhaal kan zo af en toe heel ingewikkeld en juridisch aandoen, met een flink lijstje van redenen en mogelijkheden waarop een bezwaar tegen DNA-afname gegrond zou kunnen worden verklaard. Lees het rustig door, probeer te onthouden waaraan de politie zich moet houden tijdens de DNA-afname. Als je een oproep krijgt neem dan contact op met de je advocaat of eventueel de arrestantengroep, om alles nog eens rustig door te spreken. Die kunnen je dan met raad en daad bijstaan. Het belangrijkste om te weten is dat je in ieder geval bij een DNA-afname geen papieren ondertekent, waardoor je afstand doet van je recht op bezwaar!

    De afnameprocedure:
    DNA-materiaal wordt verkregen uit wangslijmvlies. Dit moet worden afgenomen door een arts of verpleegkundige of als je er mee instemt een ander daartoe bevoegd persoon. Dit moet ook duidelijk gemaakt worden aan diegene van wie DNA afgenomen wordt; dat een ander persoon dan arts of verpleegkundige hiertoe ook bevoegd kan zijn.

    In de praktijk vindt de afname bijna altijd plaats door een bevoegd agent, de politie wijst je zelden tot nooit op de mogelijkheid dat je mag verzoeken om een arts of verpleegkundige en/of ze slaan regelmatig jouw verzoek in de wind.

    Vervolgens wordt het DNA-materiaal door het Nederlands Forensisch Instituut bepaald en verwerkt tot een DNA-profiel. Dit profiel wordt opgeslagen in een databank.

    Binnen 14 dagen na afname van het materiaal kan je bezwaar indienen bij de rechtbank die in eerste aanleg vonnis heeft gewezen in je zaak, dus waar je je rechtszaak hebt gehad op basis waarvan er nu deze eis tot DNA-afname ligt. Zolang er niet beslist is over je ingediende bezwaar mag het DNA-materiaal niet worden bepaald en verwerkt tot een DNA- profiel. Wanneer het bezwaarschrift gegrond wordt verklaard, moet het afgenomen materiaal zo spoedig mogelijk worden vernietigd. DNA-afname kan zowel gebeuren als je nog vastzit, als op het moment dat je al lang weer buiten staat. Bij het laatste krijg je thuis bericht dat je je moet melden op het politiebureau.

    Het is niet strafbaar om aan een oproep om je te komen melden geen gehoor te geven. Als je een eerste brief hebt gehad staat daar een tijdstip op wanneer je je moet melden, doe je dat niet krijg je een volgende brief met ‘een nieuwe kans’ en daarna wordt er een aanhoudingsbevel uitgevaardigd, wordt je op de telex geplaatst en sta je gesignaleerd als gezocht persoon. De politie kan je thuis op komen halen om onder dwang aan de DNA-afname mee te werken. Maar het kan ook gebeuren dat pas bij een volgend contact met de politie wordt ontdekt dat je gesignaleerd staat en dat je nog DNA moet afstaan.

    Op het bureau wordt jou dan nog de keuze gegeven of je meewerkt aan de afname of niet, waarbij de politie dan aankondigt de DNA onder dwang te gaan afnemen. Je kun dus verschillende dingen doen:

    • Of je werkt mee en ondertekent ook het papiertje dat je je DNA vrijwillig hebt afgestaan. Daarna kun je geen bezwaar meer indienen;
    • Of je werkt wel mee, maar met uitdrukkelijk mondeling protest, met de eis dat alles volgens het wettelijke boekje gaat en je ondertekent verder niks. Daarna heb je nog wel het recht om bezwaar aan te tekenen en dat kun je dan samen met een advocaat doen;
    • Of je werkt helemaal niet mee en weigert ook fysiek. Dan heeft de DNA-afnemer alleen maar de mogelijkheid om DNA af te nemen door een haarwortel te nemen of bloed af te tappen en dit moet door een arts of verpleegkundige gebeuren. Ook tegen deze manier van afname, mits je niks hebt ondertekend, kun je bezwaar maken.

    De politie die bij de afname aanwezig is, is niet bevoegd om fysiek geweld te gebruiken en daardoor alsnog een wattenstaafje in iemands mond te krijgen. Ze zijn er eigenlijk alleen maar voor om te controleren of de afname juist gebeurt. In praktijk gebeurt het echter wel dat er door politie fysiek geweld wordt gebruikt, maar dat zou een reden kunnen zijn om een bezwaar gegrond verklaard te krijgen.

    Bezwaar:
    Het is heel moeilijk om bezwaar te maken tegen afname van DNA. Eigenlijk zijn er voor activisten geen inhoudelijke gronden om een bezwaar te kunnen winnen, enkel eventueel de manier waarop het DNA is afgenomen. Bezwaar tegen de afname kun je alleen maar maken als je nooit een papiertje hebt ondertekend waarin je instemde met de DNA-afname.

    Een bezwaarschrift dien je samen met je advocaat bij de rechtbank in en dan gaat een raadkamer van de rechtbank zich over het bezwaar buigen, daar kunnen enkele weken over heen gaan en je mag dan (moet niet) met je advocaat bij de raadkamer je verhaal doen en je motivatie geven. Meestal is het genoeg als je het alleen door je advocaat laat doen.

    Als je bezwaar ongegrond wordt verklaard, dan bestaan er geen wettelijke mogelijkheden meer om protest aan te tekenen bij hogere instanties. Dan wordt je DNA na ook het onherroepelijk worden van je straf bepaald en opgeslagen in een DNA-databank. Mocht je je bezwaar winnen, en dat gebeurt zo af en toe, dan moet het DNA vernietigd worden.

    Gronden waarop je je bezwaar kan winnen:
    Je kunt op procedurele gronden bezwaar aantekenen tegen je DNA- afname en je kunt op principiële gronden bewaar aantekenen tegen je DNA-afname. Over principiële gronden kunnen we kort zijn, die houden meestal geen stand tijdens het bezwaar, zoals bijna elk principiële punt tijdens een gerechtelijke procedure geen stand houdt. Alles wordt in Nederland op grond van de letter der wet bekeken en beoordeeld.

    Het principe van schending van je lichamelijke integriteit wil alleen helpen bij gegrondverklaring van je bezwaar als de politie bij veel protest tijdens DNA-afname toch met geweld wattenstaafjes in
    iemands mond heeft geduwd. Want juist de regeling voor DNA-afname voorziet er in dit soort gevallen in dat er dan bloed afgetapt kan worden of een aantal haren uitgetrokken. Bij bloed aftappen of haren uitrekken, mag er door de politie wel ‘enig gepast geweld’ worden toegepast. Bezwaren tegen dit soort geweldtoepassingen zijn tot op heden niet gegrond verklaard.

    Redenen waarop je bezwaar wel gegrond kan worden verklaard zijn onder andere (zo blijkt uit de gewonnen bezwaren):

    • dat er tijdens de afname niet duidelijk is geweest of iemand wel bevoegd is de afname te doen,
    • als iemand geweigerd wordt eerst contact te hebben met de advocaat voor advies,
    • als buitensporig veel geweld is gebruikt door de politie, waarbij demogeijkheid om DNA via bloed of haarwortels te verkrijgen niet is toegepast,
    • als de DNA-afname niet gebeurt door een arts of verpleegkundige, terwijl daar wel expliciet om is verzocht,
    • als DNA-afname gezien wordt als een disproportioneel middel.

    Dit laatste kan bijvoorbeeld als zodanig beoordeeld worden als iemand voor het eerst in aanraking is gekomen met politie en justitie en dat niet aannemelijk wordt dat een persoon weer in de fout zal gaan. In de wet staat dit zo omschreven: ‘redelijkerwijs kan worden aangenomen dat gelet op de aard van het misdrijf of de bijzondere omstandigheden waaronder het misdrijf is gepleegd het opmaken van een profiel niet van betekenis zal kunnen zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten van de veroordeelde.

    De Wet DNA-afname veroordeelden is nog maar een aantal jaar oud en er zijn nog niet veel bezwaren ingediend. De bezwaren die zijn ingediend en de beslissingen die daaromtrent zijn genomen, laten zien dat er nog geen eenduidigheid bestaat rondom het gegrond verklaren van bezwaar tegen een DNA-afname. Een bezwaar indienen kan daarom nog steeds zinvol zijn, aangezien er op procedurele gronden nog steeds mogelijkheden zijn om dit bezwaar te winnen.

    Wij adviseren altijd om wel te proberen protest aan te tekenen, er is nog ruimte om te winnen. Dit staat los van eventuele principiële gronden, alhoewel je zo wel zou kunnen tonen dat mensen niet
    Klakkeloos repressieve maatregelen accepteren en ondergaan.

    Bij winst van je bezwaar:
    Mocht je bij een van de weinige mensen horen die wel het bezwaar tegen de DNA-afname heeft gewonnen, wat gebeurt er dan? De rechtbank beveelt dan dat het DNA vernietigd moet worden en dat je DNA nooit gebruikt mag worden in andere juridische zaken.
    Bij wet is geregeld dat naast een bezwaar DNA-afname geen andere rechtsmiddelen bestaan, bijvoorbeeld cassatie bij de Hoge Raad. Dit geldt zowel voor de bezwaarmaker als voor het OM.

    Het OM interpreteert dit echter zo dat er dan op basis daarvan wel op hetzelfde parketnummer waar je juridische zaak onder loopt een nieuw bevel tot DNA-afname mag worden uitgevaardigd, vanwege zogenaamd gemaakte vormfouten. Terwijl dit door de andere partij, door ons dus, gezien kan worden als een andere vorm van in beroep gaan/ in cassatie gaan tegen de beslissing van de rechtbank. Tot nu toe zijn er nog geen zaken gestart bij bijvoorbeeld het Europese of voor de Rechten van de Mens om deze gang van zaken aan te kaarten en om een jurisprudentie-uitspraak te krijgen, dat op basis van de Wet DNA- onderzoek bij veroordeelden er dus geen tweede keer op hetzelfde parketnummer een bevel tot DNA-afname kan worden uitgevaardigd.

    Als het OM een nieuw bevel uitvaardigt begint het hele traject van brieven krijgen, gesignaleerd komen te staan, gedwongen DNA laten afnemen, weer opnieuw (als we er voor het gemak vanuit gaan dat men niet vrijwillig wil meewerken). De rechtbank neemt tot nu toe de mening van het OM Klakkeloos over en bezwaren op grond van dit punt, dat niet voor de tweede keer in dezelfde zaak en bevel DNA-afname kan worden uitgevaardigd, worden tot nu toe ongegrond verklaard.

    Terug naar inhoudsopgave

    << oudere artikelen